‘CDA steunen waar het kan, bekritiseren waar het moet’

zaterdag 22 januari 2005 09:55

Een kritische opmerking van Tweede-Kamerlid Aart Mosterd tijdens een lokale CDA-bijeenkomst, leidde in oktober tot een open brief in deze krant van ChristenUnie-voorman André Rouvoet, waarin hij ontkende het kabinetsbeleid onchristelijk te hebben genoemd. Aan het eind van zijn schrijven daagde hij Mosterd uit voor een debat. Afgelopen maandag stonden de twee tijdens een gezamenlijke CDA/ChristenUnie-bijeenkomst tegenover elkaar in een volle Zuiderzeezaal van De Mandemaaker. In een goede sfeer werden de diverse standpunten uitgewisseld.

Een kritische opmerking van Tweede-Kamerlid Aart Mosterd tijdens een lokale CDA-bijeenkomst, leidde in oktober tot een open brief in deze krant van ChristenUnie-voorman André Rouvoet, waarin hij ontkende het ka­binetsbeleid onchristelijk te hebben genoemd. Aan het eind van zijn schrijven daagde hij Mosterd uit voor een debat. Afgelopen maandag stonden de twee tijdens een gezamen­lijke CDA/ChristenUnie-bijeenkomst tegenover elkaar in een volle Zuiderzeezaal van De Mandemaaker. In een goede sfeer werden de diverse standpunten uitgewisseld.
 
Het eerste deel van de avond ging over christelijke politiek. Henk Koelewijn (secretaris van het lo­kale CDA) mocht zijn vragen af­vuren op Rouvoet, terwijl Harm Jan Koelewijn (voorzitter van de lokale ChristenUnie-jongerenorganisatie PerspectieF) Mosterd 'onder vuur' nam.
 
Allereerst wilde Henk Koelewijn weten waarom de ChristenUnie in het Europees parlement sa­menwerkt met een omstreden partij als Lega Nord. Rouvoet legde uit dat wanneer een onaf­hankelijke fractie wordt gevormd zijn partij nauwelijks spreektijd krijgt. „De samenwerking met onder meer Lega Nord is puur een technische samenwerking. Er is geen fractiediscipline. We krijgen door deze samenwerking veel spreektijd. Daarnaast accepteren we geen onacceptabele standpun­ten, bijvoorbeeld over racisme. Alle partijen hebben daartoe een verklaring moeten ondertekenen. De reden waarom we niet hebben gekozen voor de EVP (waar het CDA bij is aangesloten) is dat daar wel fractiediscipline is."
 
Harm Jan Koelewijn vroeg waar­om moslims in de Tweede Kamer kunnen zitten namens het CDA. Mosterd stelde dat het CDA voluit een christelijke partij is, maar dat er ook verwantschap is met mos­lims en hindoes. „In het bijzon­der onderwijs weten we elkaar te vinden en ook in het waarden- en normendebat." Rouvoet rea­geerde door te stellen dat binnen het CDA meermalen is gezegd dat men geen christelijke partij is, maar een christen-democra­tische partij. Volgens Rouvoet is het evenwel belangrijk om „een echt, scherp christelijk geluid te laten horen."
 
Henk Koelewijn had de indruk dat katholieken een tweederangspositie innemen bij de CU. Rou­voet ontkende dit. Rouvoet gaf aan dat iedereen die de grondslag onderschrijft toegelaten wordt tot de partij. „Ik merk dat steeds meer rooms-katholieken de ma­nier waarop we inhoud geven aan christelijke politiek, aanspreekt." Gesteld werd dat veel CU-leden moeite hebben met het standpunt van het CDA met betrekking tot abortus en euthanasie. Mosterd reageerde: „Ik weet dat er zware discussies liggen. Met betrekking tot palliatieve zorg zijn CU en CDA samen opgetrokken." Vol­gens Mosterd heeft het CDA nu bewindspersonen in het kabinet om het CDA-gedachtengoed naar voren te brengen. Dat was in acht jaar paars niet het geval. Rouvoet: „Sinds paars waait er een andere wind bij het CDA. Maar het viel me wel op dat het CDA tegen alle initiatieven van CU en SGP was."
 
Harm Jan Koelewijn gaf aan dat 40 CDA-prominenten hebben aangegeven dat de christelijke uitgangspunten te weinig tot ui­ting komen. Mosterd: „We staan voor een duurzaam solide beleid. Het is de kunst de laagst betaal­den zo weinig mogelijk erop achteruit te laten gaan. Graag wilde ik dat het beter was, maar er is heel veel gedaan om de lasten zo eerlijk mogelijk te verdelen." Rouvoet reageerde: „Ik zie ook de noodzaak van economische her­vormingen. Maar de koopkrachtreparatie heeft wel plaatsgevon­den op verzoek van de oppositie. Ik begrijp niet dat het CDA een werkplicht heeft voorgesteld voor bijstandsmoeders. Ook kan er niet gesproken worden over aftoppen van de hypotheekrente voor hoge inkomens. Dan is er echt iets mis." Rouvoet gaf later nog aan dat „als het CDA ver­keerde keuzes maakt, de CU de partij daarop aanspreekt. Dat is nog wel eens nodig. Als oppositie zijn we niet uit op de val van het kabinet. We bedrijven oppositie voor christelijk sociaal beleid."
 
Mosterd vulde aan dat christenen „langzamerhand een minderheid zijn geworden. Het is van groot belang dat er een christelijke volkspartij in het kabinet zit. De bijbel is de bron, maar hetis wel zo dat we een heel breed publiek wil­len bereiken. Door het exclusief neerzetten van christelijke waar­den haakt een groep af." Rouvoet: „Als je een christelijke partij bent, mag dat best uitgesproken worden. Ik zie een verschil tussen een brede volkspartij en een echt christelij ke partij.''
 
Na de pauze stonden algemene onderwerpen op het programma. Door Rouvoet werd de vinger ge­legd bij de rol van D66 in het kabi­net. Tegen Mosterd: „Weet u wat u binnen heeft gehaald. Ze zijn de ziel van paars. D66 dreigt het meest binnen te halen." Mosterd: „Ik was heel nadrukkelijk voor­stander van SGP en CU. Ik weet de bezwaren tegen D66, het zijn ook mijn bezwaren. Maar als we het niet hadden gedaan, was de kans heel nadrukkelijk aanwezig geweest dat er een Paars 3 was gekomen. Toen ben ik omgegaan", verdedigde de CDA'er zich.
 
Ook de mogelijke toetreding van Turkije kwam aan bod. Piet Huizenga legde de vinger bij de „pragmatische opstelling" van de CU. „Waarom anti-Turkije, maar Turkije wel in de NAVO." Rouvoet:„De NAVO is een Noord-Atlantische verdragsor­ganisatie en beperkt zich niet tot het Europees continent. Ik ben niet anti-Turkije, maar 95 procent van Turkije ligt in Azië. De Euro­pese Unie beperkt zich duidelijk tot Europa."
 
Jammer was het dat de avond niet meer een interactief karakter had. Het vragen stellen van het publiek beperkte zich tot tien minuten. Aan het einde van de avond kre­gen beide Tweede-Kamerleden nog de gelegenheid voor een 'verkooppraatje'.
Mosterd beet de spits af: „Het CDA heeft veel geïnvesteerd in een duurzaam sociaal stelsel en volksgezond­heid. Daarvoor zijn vaak pijnlijke maatregelen nodig. De zwakste schouders moeten worden ont­zien. Langzaam maar zeker begint op economisch terrein enig licht te komen. Sociaal, solide en waar-denvast. De waarden, afkomstig uit de Bijbel, zijn een belangrijk punt. De tijd is niet gemakkelijk om christelijke politiek te voe­ren."
 
Rouvoet haakte daar op in: „Christelijke politiek wil zich laten zeggen door Gods woord. Dat is niet eenvoudig, maar meer nodig dan ooit. Juist in een tijd dat het christelijk geloof op zijn retour lijkt, staan we voor de uitdaging voluit, uitgesproken te laten zien wat in ons leeft. Maak van je hart geen moordkuil. Schaam je het evangelie niet. We hebben een christelijke opdracht. Als het economisch tegen zit, moet worden voorkomen dat er mensen tussen wal en schip ra­ken. Er moet bezuinigd worden, maar te veel maatregelen komen terecht bij de zwakken in de sa­menleving. Met alle kritiek op het kabinetsbeleid, zal ik nooit zeg­gen dat het onchristelijk is. We steunen het CDA waar het kan, en zijn kritisch waar het moet."

21 januari 2005
Bron: Nieuwsblad De Bunschoter

« Terug

Reacties op '‘CDA steunen waar het kan, bekritiseren waar het moet’'

Geen berichten gevonden

Log in om te kunnen reageren op nieuwsberichten.